Voor beoefenaars van een vrij beroep – zoals artsen, apothekers, kinesisten of architecten – kan het interessant zijn om de krachten te bundelen in een associatie. Via een associatie kan u immers de kost van investeringen delen en een hogere graad van specialisatie aanbieden.
Veel vrije beroepsbeoefenaars overwegen dan ook een associatie op te richten. Dan stelt zich natuurlijk de vraag welke associatievorm u best kan kiezen. U zit waarschijnlijk met meer vragen dan antwoorden. Om u op weg te helpen, vindt u hieronder een overzicht van de meest voorkomende associatievormen en hun kenmerken.
1. Associatievormen
Afhankelijk van de intensiteit van de samenwerking, kan men in het algemeen 3 soorten associatievormen onderscheiden: de contractuele afspraken, de middelenvennootschap en de professionele vennootschap.
1.1. Contractuele afspraken
Een contractuele afspraak is een zeer losse associatievorm. Er wordt geen enkele financiële inbreng gedaan door de deelnemers en alle inkomsten van de deelnemers blijven eigen. Dit heeft tot gevolg dat de overeenkomst geen rechtstreekse invloed heeft op het persoonlijk vermogen van de deelnemers. Via de overeenkomst wensen de deelnemers gewoonlijk een specifieke kost of opbrengst te delen. Deze contractuele afspraken kunnen betrekking hebben op verschillende zaken, zoals het verrichten van gezamenlijke aankopen of het regelen van wachtdiensten.
1.2. De middelenvennootschap (kostenassociatie)
Indien u samen met een aantal collega’s de volledige beroepsinfrastructuur wenst te financieren, vormt de middelenvennootschap een mogelijke oplossing. Voor de oprichting van een middelenvennootschap dienen alle deelnemers een financiële inbreng te doen. Die financiële inbreng kan vervolgens gebruikt worden voor de aanschaf van een praktijk, machines, computers of vakliteratuur, voor de vergoeding van gemeenschappelijk personeel, etc.
Via een vooraf bepaalde verdeelsleutel (bv. forfaitair of werkelijk gebruik) worden de kosten verdeeld tussen de deelnemers. De inkomsten van de deelnemers blijven echter volledig eigen en vallen dus niet binnen de vennootschap.
1.3. De professionele vennootschap (geïntegreerde associatie)
Tot slot kan u ervoor opteren om een professionele vennootschap op te richten, waarbij zowel de beroepsinfrastructuur als de opbrengsten worden ingebracht. Dit betreft dan ook de meest verregaande samenwerkingsvorm. Het beroep wordt bijgevolg uitgeoefend in naam en voor rekening van de vennootschap, hetgeen bij de middelenvennootschap niet het geval is.
Voor deze samenwerking zullen de deelnemers vooraf een verdeelsleutel moeten bepalen voor de verdeling van de kosten en voor de verdeling van de opbrengsten.
2. Vennootschapsvormen
Opteert u voor de oprichting van een middelenvennootschap of een professionele vennootschap, dan zal u vervolgens moeten afwegen of u deze vennootschap onderbrengt in een maatschap of in een BV.
2.1. Maatschap
De maatschap kent weinig formaliteiten en kosten doordat zij geen rechtspersoonlijkheid bezit. Dit heeft tot gevolg dat de maatschap fiscaal transparant is en de winsten dus meteen toegerekend worden aan de deelnemers. Gelet op het gebrek aan rechtspersoonlijkheid, zijn de winsten van de maatschap bijgevolg niet belastbaar in de vennootschapsbelasting, maar worden zij rechtstreeks belast in hoofde van de deelnemers. De deelnemers van een maatschap blijven echter hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk voor de schulden van de maatschap.
Een variant van de maatschap betreft de vennootschap onder firma (VOF). In tegenstelling tot de gewone maatschap, bezit de VOF wel rechtspersoonlijkheid. De winsten van de VOF worden dan ook belast in de vennootschapsbelasting, dat een voordeliger tarief kent dan de personenbelasting van de deelnemers. Ook de deelnemers van een VOF blijven echter hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk voor de schulden van de VOF.
2.2. BV
Tot slot kan u opteren voor de oprichting van een BV (voorheen BVBA). De BV bezit eveneens rechtspersoonlijkheid en wordt gekenmerkt door het principe dat de vennoten slechts beperkt aansprakelijk zijn voor de schulden van de BV ten belope van hun inbreng. Wat betreft de beoefenaars van een vrij beroep, merken wij echter op dat verschillende beroepsorganisaties vereisen dat de vennoten persoonlijk aansprakelijk blijven voor hun beroepsfouten. De overige financiële risico’s blijven echter beperkt tot het vennootschapsvermogen.
Daar komt nog bovenop dat de BV recentelijk werd hervormd tot een zeer flexibele vennootschapsvorm, waarvoor geen vast minimumkapitaal meer vereist is.
Zoals u ziet, is de oprichting van een associatie maatwerk, waarbij rekening moet worden gehouden met uw specieke noden en wensen. Wenst u meer informatie of hulp bij het opstarten van een associatie? Aarzel dan niet om ons te contacteren.
Wenst u meer informatie omtrent het opstarten van uw eigen onderneming, dan verwijzen wij graag naar onze nieuwsbrief hieromtrent.